Naar Persephone
Antwoord op ‘Zinnebeeld’ van E.G.
en G.H.
Het regent licht, ik hoor
je fluisteren dat de sneeuw
snel zal volgen terwijl je de
wolken gadeslaat als een
vogel het immer naderend
onheil.
Het aarzelt vlokken, jij
glimlacht jouw gelijk en ik
boog mijn wenkbrauwen
tot een toegeeflijk genoegen,
weet dat jij dichterbij dan mij
de natuur.
Dichterbij het tijdloze en zich
altijd
herhalende, maar steeds weer
verwondert als nieuw. Jij
doet mij zwijgen. Dit moment
wil ik de twijfel voorbij de
seizoenen.
Dat jij je arm om mij heenslaat
en
wij ademloos vertragen. Terwijl
de sneeuw in zachte tonen
neerdwarrelt als vederlichte
letters en versmelten tot
tijdloze
zinnen
zonder punt
Conny Lahnstein
18 december 2015
Geen opmerkingen:
Een reactie posten