Hoed
De
zoveelste hoed fietst hijgend voorbij. De man plast
in
verboden toegankelijke oorden, terwijl het helm hem
onophoudelijk
toewuift. Hij kijkt verbaasd, hij straalt, aapt
mij
na. Vandaag heb ik met hem de oerossen getrotseerd,
reed
ze zonder blozen of blikken voorbij, mijn rode wangen
deerden
hen dit keer niet. De deken van mos lijkt giftig, de
Meidoorn
toont zwarter en stekelig. Bijna angstaanjagend,
maar
is zich van geen kwaad bewust. Daar ligt het duin stil
van
bleekheid. De opgetrokken nevel kleurt haar in veelvoud
terug.
Hij keert terug uit zijn gewelfde aarde. De ingesproken
woorden
zwemen hem nog na. Zijn mondhoek krult tevreden
op,
zijn koude handen reiken. Die koek heeft hij verdiend.
Conny
Lahnstein
30
januari 2017
Woudweg
t.h.v. bankje BE30 Bergen aan Zee.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten